NMBS start haar actieplan om de typische herfstproblemen de baas te kunnen: vallende bladeren zorgen er immers voor dat de treinen minder grip hebben op de sporen.
Het is een weerkerend natuurkundig fenomeen: regen, sneeuw, ijs en vooral dode bladeren zorgen er voor dat de treinwielen een verminderde grip hebben op de sporen. Tijdens de herfst zorgt de vochtige lucht en het samenklitten van de bladeren op de sporen dat er een kleverige brij wordt gevormd, wat de sporen glad maakt. Dit bemoeilijkt de grip van de treinwielen op de sporen.
Om de gevolgen van dit fenomeen in te dijken, neemt NMBS volgende maatregelen:
Technologische maatregelen:
- De locomotieven zijn uitgerust met een zandstrooier aan de wielen, die manueel of automatisch kan bediend worden.
- Treinbestuurders krijgen tijdens het starten van de trein technische ondersteuning dankzij een antislipsysteem dat geïntegreerd is in het rollend materieel. De remmen zijn uitgerust met een ABS-systeem om het blokkeren van de wielen te voorkomen.
- Specifieke locomotieven kunnen ingezet worden in heuvelachtige regio’s om de treinen de nodige ondersteuning te geven.
Menselijke maatregelen:
- Tijdens deze periode van het jaar wordt een verhoogde aandacht gevraagd aan de treinbestuurders voor de manier waarop ze hun remmingen uitvoeren. Tijdens hun opleiding wordt ook de aangeraden rijstijl bij slechte weersomstandigheden besproken.
Ook de infrastructuurbeheerder neemt diverse maatregelen om de sporen in een zo goed mogelijk berijdbare staat te houden.
